rijker

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • rijĀ·ker

Bijvoeglijk naamwoord

rijker

  1. onverbogen vorm van de vergrotende trap van rijk
    • Teken des tijds: Allerrijksten van de wereld zijn nog rijker geworden [1] 

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.