rangeerde uit

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ran·geer·de uit
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
uitrangeren

rangeerde uit

  1. enkelvoud verleden tijd van uitrangeren
    • Ik rangeerde uit. 
    • Jij rangeerde uit. 
    • Hij, zij, het rangeerde uit. 

Gangbaarheid

  • Het woord rangeerde uit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.