raadde af
Nederlands
Woordafbreking
- raad·de af
Werkwoord
vervoeging van |
---|
afraden |
raadde af
- enkelvoud verleden tijd van afraden
- Ik raadde af.
- Jij raadde af.
- Hij, zij, het raadde af.
- Ik raadde af.
Gangbaarheid
- Het woord raadde af staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.