presenten

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • pre·sen·ten

Zelfstandig naamwoord

presenten mv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord present


Spaans

Werkwoord

vervoeging van
presentar

presenten

  1. aanvoegende wijs derde persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van presentar
  1. gebiedende wijs (bevestigend en ontkennend) derde persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van presentar
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.