potel

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • po·tel

Werkwoord

vervoeging van
potelen

potel

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van potelen
    • Ik potel. 
  2. gebiedende wijs van potelen
    • Potel! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van potelen
    • Potel je? 

Gangbaarheid

  • Het woord potel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Welsh

enkelvoud meervoud
potel poteli

Zelfstandig naamwoord

potel v

  1. fles
Synoniemen
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.