pimpelaar

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • pim·pe·laar
Woordherkomst en -opbouw

Naamwoord van handeling van pimpelen met het achtervoegsel -aar

enkelvoud meervoud
naamwoord pimpelaar pimpelaars
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

pimpelaar m

  1. iemand die met kleine teugjes toch een grote hoeveelheid alcoholische drank tot zich neemt
    • De man met de grote dikke neus was een echte pimpelaar. 

Gangbaarheid

  • Het woord pimpelaar staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
88 %van de Nederlanders;
77 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.