perimeter

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • pe·ri·me·ter
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘instrument om het gezichtsveld te meten’ voor het eerst aangetroffen in 1929 [1]
  • afgeleid van meter met het voorvoegsel peri- [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord perimeter perimeters
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

perimeter m

  1. omtrek
  2. meetinstrument waarmee de uitgestrektheid van het gezichtsveld wordt gemeten
Verwante begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord perimeter staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
77 %van de Nederlanders;
96 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.