pausen

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • pau·sen

Zelfstandig naamwoord

pausen mv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord paus

Gangbaarheid

  • Het woord pausen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
84 %van de Nederlanders;
86 %van de Vlamingen.

Spaans

Werkwoord

vervoeging van
pausar

pausen

  1. aanvoegende wijs derde persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van pausar
  1. gebiedende wijs (bevestigend en ontkennend) derde persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van pausar
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.