pappenheimer

• Geluid:  pappenheimer    (hulp, bestand)
• IPA: / 'pɑpə(n)hɛimər /

• pap·pen·hei·mer

• uit het Duits naar het geslacht Pappenheim [1]

pappenheimer m

1. soort mens

• zijn pappenheimers kennen

Toch weet ik stilaan wie mijn pappenheimers zijn. Thibaut Courtois, die wil altijd praten. Onvermoeibaar. In het Engels, Frans, Spaans, Nederlands, Duits ook vermoed ik – het is tenslotte een Limburger. Het maakt me trots, wat een polyglotten die Rode Duivels zijn. Voetballers wordt wel eens verweten dat ze niet allemaal even snugger zijn, maar als talenkennis een graadmeter van intelligentie is, is dit een groep Einsteins. Je ziet ook in de ogen van het internationale journaille, dat hen dat verbluft. [2]

De zaakwaarnemer van de speler sprak dinsdag met de club en de uitkomst was duidelijk: de aanvaller speelt het komende halfjaar voor FC Twente. „Welke speler wil er nou niet voor Twente spelen?”, reageert zijn Belgische zaakwaarnemer een dag later. In eerste instantie was het de bedoeling dat het onderonsje woensdag al zou plaatshebben, maar de speler zit nog in zijn vaderland en zowel zijn zaakwaarnemer als de club hopen dat de eigenzinnige Jaja vandaag op het vliegtuig stapt naar Nederland. „Dat is de bedoeling, maar ja, het is wel een Braziliaan en dus moet je een slag om de arm houden”, zegt de manager die zijn pappenheimer inmiddels wel kent. [3]

• Het woord 'pappenheimer' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

• In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'pappenheimer' herkend door:

• Zie Wikipedia voor meer informatie.