overwerkte
Nederlands
Woordafbreking
- over·werk·te
Werkwoord
vervoeging van |
---|
overwerken |
overwerkte
- (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van overwerken
- ... dat ik overwerkte.
- ... dat jij overwerkte.
- ... dat hij, zij, het overwerkte.
- ... dat ik overwerkte.
vervoeging van |
---|
overwerken |
overwerkte
- enkelvoud verleden tijd van overwerken
- Ik overwerkte.
- Jij overwerkte.
- Hij, zij, het overwerkte.
- Ik overwerkte.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.