opdrukten

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • op·druk·ten

Werkwoord

vervoeging van
opdrukken

opdrukten

  1. (in een bijzin) meervoud verleden tijd van opdrukken
    • ...dat wij opdrukten. 
    • ...dat jullie opdrukten. 
    • ...dat zij opdrukten. 
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.