onzindelijk

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • on·zin·de·lijk
Woordherkomst en -opbouw
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen onzindelijkonzindelijkeronzindelijkst
verbogen onzindelijkeonzindelijkereonzindelijkste
partitief onzindelijksonzindelijkers-

Bijvoeglijk naamwoord

onzindelijk [1]

  1. zijn natuurlijke behoeften niet beheersend
  2. goor, morsig
  3. met het bijhalen van niet ter zake doende elementen
    • ik vind dat een heel onzindelijke redenering 
Antoniemen
Afgeleide begrippen
  • onzindelijkheid

Gangbaarheid

  • Het woord onzindelijk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
88 %van de Nederlanders;
90 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.