ontroerende

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ont·roe·ren·de

Bijvoeglijk naamwoord

ontroerende

  1. verbogen vorm van de stellende trap van ontroerend

Werkwoord

vervoeging van
ontroeren

ontroerende

  1. verbogen vorm van het onvoltooid deelwoord van ontroeren
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.