onfatsoenlijk

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • on·fat·soen·lijk
Woordherkomst en -opbouw
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen onfatsoenlijkonfatsoenlijkeronfatsoenlijkst
verbogen onfatsoenlijkeonfatsoenlijkereonfatsoenlijkste
partitief onfatsoenlijksonfatsoenlijkers-

Bijvoeglijk naamwoord

onfatsoenlijk

  1. niet netjes, niet zoals het hoort
    • De onfatsoenlijke zwerver stonk een uur in de wind. 

Gangbaarheid

  • Het woord onfatsoenlijk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.