ondersteek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • on·der·steek

Werkwoord

vervoeging van
ondersteken

ondersteek

  1. (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ondersteken
    • ... dat ik ondersteek. 
enkelvoud meervoud
naamwoord ondersteek ondersteken
verkleinwoord ondersteekje ondersteekjes

Zelfstandig naamwoord

ondersteek m

  1. een brede po voor patiënten die op bed liggen
    • Geef mevrouw Jansen even een ondersteek. 

Gangbaarheid

  • Het woord ondersteek staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
97 %van de Nederlanders;
94 %van de Vlamingen.

Meer informatie

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.