omsnoert

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
Woordafbreking
  • om·snoert

Werkwoord

vervoeging van
omsnoeren

omsnoert

  1. (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omsnoeren
    • ... dat jij omsnoert. 
  2. (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omsnoeren
    • ... dat hij omsnoert. 
vervoeging van
omsnoeren

omsnoert

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omsnoeren
    • Jij omsnoert. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omsnoeren
    • Hij omsnoert. 
  3. verouderde gebiedende wijs meervoud van omsnoeren
    • Omsnoert! 

Gangbaarheid

  • Het woord omsnoert staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.