nummert

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • numĀ·mert

Werkwoord

vervoeging van
nummeren

nummert

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van nummeren
    • Jij nummert. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van nummeren
    • Hij nummert. 
  3. verouderde gebiedende wijs meervoud van nummeren
    • Nummert! 
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.