mrt

Niet te verwarren met: mrt.

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  maart    (hulp, bestand)
  • IPA: /maːrt/
Woordafbreking
  • mrt
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

mrt m

  1. (afkorting) derde kalendermaand, maart
  1. «Gesloten: 5 mrt 2011 en 19 mrt 2011.»
    Op 5 en 19 maart 2011 gesloten.
Opmerkingen
  • Echte afkortingen worden als regel met een punt geschreven: mrt., maar in opsommingen waar uit de context al duidelijk is dat het om de naam van een maand gaat is het gebruikelijk om de punt weg te laten[1].

Verwijzingen

Meer informatie

Gangbaarheid

  • Het woord mrt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.