meuren

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • meu·ren
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘slapen’ voor het eerst aangetroffen in 1978 [1]
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
meuren
meurde
gemeurd
zwak -d volledig

Werkwoord

meuren [2]

  1. inergatief (informeel) slapen
  2. inergatief (informeel) stinken
    • de uitdrukking 'uit de bek meuren' wordt door Youp van 't Hek graag in de bek genomen 

Gangbaarheid

  • Het woord meuren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
93 %van de Nederlanders;
34 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.