massaal
Nederlands
Woordafbreking
- mas·saal
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Latijn, in de betekenis van ‘een massa vormend’ voor het eerst aangetroffen in 1851 [1]
- Afgeleid van massa met het achtervoegsel -aal [2].
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | massaal | massaler | massaalst |
verbogen | massale | massalere | massaalste |
partitief | massaals | massalers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
massaal
- op grote schaal, in groten getale
- Door het politieoptreden is de Occupy-beweging alleen maar massaler geworden.
Afgeleide begrippen
- massaliteit
Gangbaarheid
- Het woord massaal staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'massaal' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.