mange
Deens
Uitspraak
- Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
- IPA: / ˈmɑŋə /
Woordafbreking
- man·ge
Naar frequentie | 148 |
---|
Bijvoeglijk naamwoord
mange, g / o
- bepaalde vorm enkelvoud van de stellende trap van mangen
mange, mv
- onbepaalde en bepaalde vorm meervoud van de stellende trap van mangen
Frans
Werkwoord
vervoeging van |
---|
manger |
mange
- eerste en derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (indicatif présent) van manger
- «Je mange une pomme.»
- Ik eet een appel.
- «Je mange une pomme.»
- eerste en derde persoon enkelvoud tegenwoordige aanvoegende wijs (subjonctif présent) van manger
- tweede persoon enkelvoud gebiedende wijs (impératif présent) van manger
Noors
Uitspraak
- Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
- IPA: / ˈmɑŋə /
Woordafbreking
- man·ge
Woordherkomst en -opbouw
- Meervoud van het Noorse voornaamwoord mangen
Naar frequentie | 158 |
---|
stellend | vergrotend | overtreffend | ||
---|---|---|---|---|
onbepaald (sterk) |
m/v enkelvoud | - | flere | flest |
o enkelvoud | - | |||
meervoud | mange | |||
bepaald (zwak) |
enkelvoud en meervoud |
alleen mv: mange | flere | fleste |
Onbepaald voornaamwoord
mange
- meervoud van mangen
Nynorsk
Uitspraak
- Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
- IPA: / ˈmɑŋə /
Woordafbreking
- man·ge
Onbepaald voornaamwoord
mange
- meervoud van mangen
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.