mahoniehout

Nederlands
mahoniehout
Uitspraak
Woordafbreking
  • ma·ho·nie·hout
Woordherkomst en -opbouw
  • hout van de mahonieboom [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord mahoniehout
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

mahoniehout o [2]

  1. hout van de mahonieboom die vooral veel gebruikt wordt voor meubels
    • Het oorspronkelijke interieur uit 1892, de hoogdagen voor Victoriaanse pubs, werd deels behouden en het resultaat is een schitterende ruimte vol enorme spiegels en glimmend mahoniehout. [3] 
    • Wie ze heeft gemaakt? Joost mag het weten. Maar mooi zijn ze. Acht sets mahoniehouten deurgrepen met prachtig gestyleerde afbeeldingen die op het hout zijn geëmailleerd. Ontelbare bezoekers van voorstellingen in de grote zaal van de Twentse Schouwburg hebben ze in de handen gehad. De sets deurgrepen horen bij elkaar.[4] 
Synoniemen
Hyperoniemen
  • meubelhout
Vertalingen
    1. hout van de mahonieboom die vooral veel gebruikt wordt voor meubels   

Engels: mahogany (en)

Meer informatie

Gangbaarheid
  • Het woord mahoniehout staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen
  1. mahoniehout op website: Etymologiebank.nl
  2. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  3. De Standaard 02/08/2012 door cks
  4. Tubantia 14-03-2008
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.