limerick
Nederlands
Woordafbreking
- li·me·rick
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Engels, in de betekenis van ‘vijfregelig grappig versje’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1932 [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | limerick | limericks |
verkleinwoord | limerickje | limerickjes |
Zelfstandig naamwoord
limerick m
- (dichterlijk) een dichtvorm van 5 regels met een vrij strak metrum, bestaande uit twee drievoetige amfibrachen (∪—∪ ∪—∪ ∪—∪), twee regels amfibrachen en jambe (∪—∪ ∪—) en afgesloten door weer een drievoetige amfibrachys
- Hij wijdde er een limerick aan.
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord limerick staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'limerick' herkend door:
94 % | van de Nederlanders; |
90 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.