lease

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • lease
enkelvoud meervoud
naamwoord lease -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

lease v / m

  1. (financieel) (economie) het leasen
Hyponiemen
  • aandelenlease, autolease, ijslandlease, technolease
Afgeleide begrippen

Werkwoord

vervoeging van
leasen

lease

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van leasen
    • Ik lease. 
  2. gebiedende wijs van leasen
    • Lease! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van leasen
    • Lease je? 
  4. aanvoegende wijs van leasen

Gangbaarheid

  • Het woord lease staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
97 %van de Nederlanders;
87 %van de Vlamingen.

Meer informatie

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.