knetter

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • knet·ter
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen knetterknetterderknetterst
verbogen (alleen
predicaat)
--

Bijvoeglijk naamwoord

knetter

  1. stapelgek
Afgeleide begrippen

Werkwoord

vervoeging van
knetteren

knetter

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van knetteren
    • Ik knetter. 
  2. gebiedende wijs van knetteren
    • Knetter! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van knetteren
    • Knetter je? 

Gangbaarheid

  • Het woord knetter staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
98 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.