klunen
Nederlands
Woordafbreking
- klu·nen
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Fries, in de betekenis van ‘met ondergebonden schaatsen lopen’ voor het eerst aangetroffen in 1941 [1]
- Het woord komt oorspronkelijk uit het Fries.
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
klunen /'klynə(n)/ |
kluunde /'klyndə/ |
gekluund /ɣəklynt/ |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
klunen
- inergatief, (sport) (bij het schaatsen) op schaatsen over de wal lopen
- Er moest gekluund worden.
- ergatief, (sport) ergens al klunend heengaan
- Haar tien kilometer bleek helemaal niet langs Spijkerboor te gaan en ze was vanwege blaren op sokken over ijs en land naar het volgende dorp gekluund.
- inergatief, (sport) (bij het kanoën) de kano overdragen op plaatsen waar er obstakels in het water liggen
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord klunen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'klunen' herkend door:
93 % | van de Nederlanders; |
38 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.