kersten

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  kersten    (hulp, bestand)
  • IPA:
    • (Noord-Nederland): /ˈkɛr.stən/
    • (Vlaanderen, Brabant, Limburg): /ˈkɛr.stən/
Woordafbreking
  • ker·sten

Werkwoord

vervoeging van
kerstenen

kersten

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kerstenen
    • Ik kersten. 
  2. gebiedende wijs van kerstenen
    • Kersten! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kerstenen
    • Kersten je? 

Zelfstandig naamwoord

kersten mv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord kerst

Meer informatie

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.