kalen
Nederlands
Woordafbreking
- ka·len
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
kalen |
kaalde |
gekaald |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
kalen
- ergatief kaal op het hoofd worden
- Hij is pas dertig, maar kaalt al wat op zijn kruin.
- (scheepvaart) een schip van zijn takelage of tuig ontdoen
Vertalingen
2. een schip van zijn takelage of tuig ontdoen
Gangbaarheid
- Het woord kalen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'kalen' herkend door:
83 % | van de Nederlanders; |
85 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.