joue

Frans

Uitspraak
  • Geluid:  joue    (hulp, bestand)
  • IPA: /ʒu/
enkelvoud meervoud
zonder lidwoord met lidwoord zonder lidwoord met lidwoord
  joue     la joue     joues     les joues  

Zelfstandig naamwoord

joue v

  1. wang

Werkwoord

vervoeging van
jouer

joue

  1. eerste en derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (indicatif présent) van jouer
  2. eerste en derde persoon enkelvoud tegenwoordige aanvoegende wijs (subjonctif présent) van jouer
  3. tweede persoon enkelvoud gebiedende wijs (impératif présent) van jouer
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.