jeremieer
Nederlands
Woordafbreking
- je·re·mi·eer
Werkwoord
vervoeging van |
---|
jeremiëren |
jeremieer
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van jeremiëren
- Ik jeremieer.
- gebiedende wijs van jeremiëren
- Jeremieer!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van jeremiëren
- Jeremieer je?
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.