jarretelle

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • jar·re·tel·le
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘kousenophouder’ voor het eerst aangetroffen in 1913 [1]
  • [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord jarretelle jarretellen
jarretelles
verkleinwoord jarretelletje jarretelletjes

Zelfstandig naamwoord

jarretelle v / m [3]

  1. aan een kledingstuk bevestigde band, om een kous mee op te houden, kousophouder
Synoniemen
Afgeleide begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord jarretelle staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
86 %van de Nederlanders;
87 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.