honderdenzevenentachtig

Nederlands

0187
honderdenzevenentachtig,
op een abacus
Uitspraak
Woordafbreking
  • hon·derd·en·ze·ven·en·tach·tig
Woordherkomst en -opbouw

Hoofdtelwoord

honderdenzevenentachtig

  1. "187", langere vorm van honderdzevenentachtig, honderd plus zevenentachtig
    1. om een hoeveelheid aan te geven
      • De inzameling heeft honderdenzevenentachtig euro en vijftig cent opgebracht. 
    1. om een plaats in een volgorde aan te geven
      • De hoofdprijs van de verloting valt op lot honderdenzevenentachtig. 
Synoniemen
Afgeleide begrippen

rangtelwoord

  • honderdenzevenentachtigste

hooftelwoord samengesteld met "honderdenzevenentachtig" ht als linkerdeel

  • honderdenzevenentachtigduizend

Gangbaarheid

  • Het woord 'honderdenzevenentachtig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.