hing
Nederlands
Woordafbreking
- hing
Werkwoord
vervoeging van |
---|
hangen |
hing
- enkelvoud verleden tijd van hangen
- Ik hing.
- Jij hing.
- Hij, zij, het hing.
- Ik hing.
Gangbaarheid
- Het woord hing staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'hing' herkend door:
91 % | van de Nederlanders; |
88 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.