hes

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  hes    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • hes
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘kiel’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1851 [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord hes hessen
verkleinwoord hesje hesjes

Zelfstandig naamwoord

hes v/m

  1. boerenkiel
  2. kort jasje
    • Toen de hesjes werden uitgedeeld, bleek Seedorf in het basisteam te zitten. 

Gangbaarheid

  • Het woord hes staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
76 %van de Nederlanders;
52 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.