herstellend
Nederlands
Woordafbreking
- her·stel·lend
Werkwoord
vervoeging van |
---|
herstellen |
herstellend
- onvoltooid deelwoord van herstellen
stellend | |
---|---|
onverbogen | herstellend |
verbogen | herstellende |
partitief | herstellends |
Bijvoeglijk naamwoord
herstellend
- bezig zijnde met beter te worden van een ziekte
- - Deze 28-jarige Chinese vrouw is herstellende van een plastisch chirurgische operatie. [1]
- heel makend wat kapot was
Gangbaarheid
- Het woord herstellend staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- NRC 6 februari 2017
Duits
Uitspraak
- IPA: /ˈheːɐ̯ˌʃtɛln̩t/, (duidelijk uitgesproken) /ˈheːɐ̯ˌʃtɛlənt/
Woordafbreking
- her·stel·lend
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.