herlezing
Nederlands
Woordafbreking
- her·le·zing
Zelfstandig naamwoord
herlezing v [1]
- het opnieuw lezen van een al eerder gelezen tekst
- De hoogleraar Islamstudies en auteur van het boek Koran en de vrouw: herlezing van een heilige tekst vanuit een feministisch perspectief ging vrijdag als eerste vrouw in Nederland voor in het moslimgebed in de voormalige kerk en concertzaal Paradiso, iets waarmee New York twaalf jaar geleden al de primeur had.[2]
- En Ronja de roversdochter blijkt bij herlezing nog altijd schitterend: over hoe Ronja opgroeit in een rovershol tussen de onbehouwen schobbejakken, over de vriendschap annex kinderliefde tussen Ronja en Birk, over hun vlucht naar het weidse en duistere bos, waar ze paradijselijk samenleven – en over hun terugkeer als het toch niet anders kan.[3]
Gangbaarheid
- Het woord herlezing staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'herlezing' herkend door:
96 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- Het Parool LAURA OBDEIJN 12 MEI 2017 Amina Wadud laat zien dat je feminist kunt zijn binnen de islam
- NRC Thomas de Veen 22 maart 2018 Nu trek je hele andere lessen uit Ronja de roversdochter
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.