haagt

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • haagt
enkelvoud meervoud
naamwoord haagt haagten
verkleinwoord haagtje haagtjes

Zelfstandig naamwoord

haagt m

  1. ondergrondse gang
    • In Nederlands Limburg zijn aardig wat haagten te vinden. 
Synoniemen

Werkwoord

vervoeging van
hagen

haagt

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van hagen
    • Jij haagt. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van hagen
    • Hij haagt. 
  3. verouderde gebiedende wijs meervoud van hagen
    • Haagt! 
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.