gumden uit
Nederlands
Woordafbreking
- gumĀ·den uit
Werkwoord
vervoeging van |
---|
uitgummen |
gumden (...) uit
- meervoud verleden tijd van uitgummen
- Wij gumden uit.
- Jullie gumden uit.
- Zij gumden uit.
- Wij gumden uit.
Gangbaarheid
- Het woord gumden uit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.