grenzend

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • grenĀ·zend

Deelwoord

deelwoord
onverbogen grenzend
verbogen grenzende
vervoeging van
grenzen

grenzend onvoltooid deelwoord van grenzen

  1. attributief gebruikt
    • Hij is geboren in het aan Liberia grenzende Sierra Leone. 
  1. bijwoordelijk gebruikt
    • Het is een vrijstaand huis met een flinke tuin grenzend aan een boomgaard. 
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.