gotisch
Nederlands
Woordafbreking
- go·tisch
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Italiaans, in de betekenis van ‘naam van een stijl’ voor het eerst aangetroffen in 1717 [1]
- afgeleid van Goot ?? met het achtervoegsel -isch
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | gotisch | gotischer | |
verbogen | gotische | gotischere | |
partitief | gotisch | gotischers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
gotisch
- met betrekking tot de gotiek
- Die gotische kerk staat op de Werelderfgoedlijst.
- (van letters) hoekig, opgesierd.
- Het gotische geschrift kon niet goed vertaald worden.
Gangbaarheid
- Het woord gotisch staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'gotisch' herkend door:
96 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.