gesmoord

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ge·smoord
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
smoren

gesmoord

  1. voltooid deelwoord van smoren
    • De vrijwillige brandweer van Ammeloe is woensdagmorgen in alle vroegte uitgerukt voor een autobrandje in Zwillbrock, waarbij de eigenaar van de auto met een poederblusser al meteen de boel had gesmoord. [1] 
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen gesmoordgesmoordergesmoordst
verbogen gesmoordegesmoorderegesmoordste
partitief gesmoordsgesmoorders-

Bijvoeglijk naamwoord

gesmoord [2]

  1. geblust met water na bakken
    • Hoofdgerecht: malse hertenbiefstuk met lak van kruidnagel, wildragoutloempia, gesmoorde spruiten, spek, ui en hutspot. [3] 
    • Terwijl de gesprekken over de nucleaire ontwapening van Noord-Korea doorgaan, krijgen de leiders van de VS en Noord-Korea drie hoofdgerechten voorgeschoteld: rundvlees met aardappelgratin, zoetzuur varkensvlees met gebakken rijst of gesmoorde kabeljauw met radijs. [4] 
  1. van een conflict dat dit onderdrukt is
  2. van een stem dat deze niet meer te horen is
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord gesmoord staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
97 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.