geschied
Nederlands
Woordafbreking
- ge·schied
Woordherkomst en -opbouw
- vervoeging van geschieden: de stam zonder -d omdat de stam al op -d eindigt en zonder ge- vanwege voorvoegsel
Werkwoord
vervoeging van |
---|
geschieden |
geschied
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van geschieden
- Ik geschied.
- gebiedende wijs van geschieden
- Geschied!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van geschieden
- Geschied je?
- voltooid deelwoord van geschieden
Opmerkingen
- Grammaticaal is dit ook de gebiedende wijs, eerste persoon enkelvoud en de jij-vorm van de tegenwoordige tijd in inversie, maar deze vormen komen (vrijwel) niet voor.
Afgeleide begrippen
- geschiedboek, geschiedbron, geschiedfilosofie, geschiedkunde, geschiedrol, geschiedschrijver, geschiedverhaal, geschiedvervalsing, geschiedvorser, geschiedwerk
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.