gekkin
Nederlands
Woordafbreking
- gek·kin
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | gekkin | gekkinnen |
verkleinwoord | gekkinnetje | gekkinnetjes |
Zelfstandig naamwoord
gekkin v
- (schertsend) een mal, gek meisje of vrouw
- Dan horen we in voice-over het essay dat een van hen schreef in opdracht van de leraar die hen op hun vrije zaterdag liet nablijven. „U ziet ons, zoals u ons wilt zien, in de eenvoudigste termen (…). U ziet ons als brein, atleet, gekkin, prinses en crimineel.” Allemaal stereotypen die bevestigd worden door de beelden die volgen, waarin de personages een voor een geïntroduceerd worden. Ze hebben slechts één overeenkomst: vervelende ouders. [1]
- een vrouwelijke psychiatrische patiënt
- Zij spookt door mijn hoofd als de gekkin op de zolder van Mr. Rochester in Jane Eyre. De vrouw in de rafelige bruidsjurk.[2]
- Japanse luit
Synoniemen
- [2] zottin, waanzinnige
Uitdrukkingen en gezegden
- iemand voor zijn gekkin houden
een meisje of vrouw voor de mal houden
Gangbaarheid
- Het woord gekkin staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'gekkin' herkend door:
54 % | van de Nederlanders; |
87 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- NRC André Waardenburg 13 januari 2012
- Volkskrant Chazia Mourali 2 december 2000
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.