geforceerd
Nederlands
Woordafbreking
- ge·for·ceerd
Werkwoord
| vervoeging van |
|---|
| forceren |
geforceerd
- voltooid deelwoord van forceren
| stellend | vergrotend | overtreffend | |
|---|---|---|---|
| onverbogen | geforceerd | geforceerder | geforceerdst |
| verbogen | geforceerde | geforceerdere | geforceerdste |
| partitief | geforceerds | geforceerders | - |
Bijvoeglijk naamwoord
geforceerd
- met (te veel) kracht
- De geforceerde deur kon niet meer goed gesloten worden.
- Het geforceerde compromis maakte van de conferentie op het einde toch nog een succes.
- gemaakt, niet echt
- Met een geforceerde glimlach probeerde hij zijn grote verlies te verdoezelen.
- van metalen voorwerpen dat ze door forceren tot stand gekomen zijn
- Wij hebben thuis een geforceerde zilveren vaas.
Gangbaarheid
- Het woord geforceerd staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'geforceerd' herkend door:
| 100 % | van de Nederlanders; |
| 99 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.