geboeid
Nederlands
Woordafbreking
- ge·boeid
Werkwoord
vervoeging van |
---|
boeien |
geboeid
- voltooid deelwoord van boeien
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | geboeid | geboeider | geboeidst |
verbogen | geboeide | geboeidere | geboeidste |
partitief | geboeids | geboeiders | - |
Bijvoeglijk naamwoord
geboeid
- - De het telefoongesprek geboeide vrouw kon niet meer letten op het verkeer.
- van een persoon dat de handen en/of voeten aan elkaar gebonden zijn zodat die persoon in zijn bewegingen is beperkt
- De geboeide gevangene is naar een andere gevangenis gebracht.
Gangbaarheid
- Het woord geboeid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'geboeid' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.