frigide
Nederlands
Woordafbreking
- fri·gi·de
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘seksueel ongevoelig’ voor het eerst aangetroffen in 1933 [1]
- uit het Frans [2]
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | frigide | frigider | |
verbogen | frigidere | ||
partitief | frigides | frigiders | - |
Bijvoeglijk naamwoord
frigide [3]
- seksueel ongevoelig
- Eenvormig, absurd, griezelig, verstard, frigide, oordeelden de meeste kunstcritici in zijn tijd, op z’n best noemden ze zijn werk gek. Vanaf de jaren veertig, vijftig kregen Erfmanns vrouwenlichamen regelmatig een mannelijk gezicht, mannenlichamen kregen vrouwenkleren aan. [4]
- overdreven preuts
Gangbaarheid
- Het woord frigide staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'frigide' herkend door:
97 % | van de Nederlanders; |
88 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- "frigide" in: Sijs, N. van der Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen. 2e druk (2002) Veen, Amsterdam / Antwerpen; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- frigide op website: Etymologiebank.nl
- Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- NRC Gretha Pama 5 februari 2016
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.