flensen
Nederlands
Woordafbreking
- flen·sen
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
flensen |
flenste |
geflenst |
zwak -t | volledig |
Werkwoord
flensen [2]
- (seksualiteit) onovergankelijk (vulgair) vrijen, neuken
- overgankelijk aan lappen scheuren (het vet er in repen afhalen)
Gangbaarheid
- Het woord flensen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'flensen' herkend door:
74 % | van de Nederlanders; |
82 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.