faciliteren
Nederlands
Woordafbreking
- fa·ci·li·te·ren
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
faciliteren |
faciliteerde |
gefaciliteerd |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
faciliteren overgankelijk [3]
- technische hulp, voorzieningen aanbieden, beschikbaar stellen, ondersteunen
- Als ik de cynische benadering erop loslaat dan faciliteren de vrouwen uit criminele gezinnen de mannen, en profiteren ze er net zo goed van [4]
- vereenvoudigen, mogelijk maken
Gangbaarheid
- Het woord faciliteren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'faciliteren' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
86 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.