faciliteert

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • fa·ci·li·teert

Werkwoord

vervoeging van
faciliteren

faciliteert

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van faciliteren
    • Jij faciliteert. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van faciliteren
    • Hij faciliteert. 
  3. verouderde gebiedende wijs meervoud van faciliteren
    • Faciliteert! 
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.