excelleren
Nederlands
Woordafbreking
- ex·cel·le·ren
Woordherkomst en -opbouw
Werkwoord
excelleren [3]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
excelleren |
excelleerde |
geëxcelleerd |
zwak -d | volledig |
- heel erg goed in iets zijn / heel veel beter zijn dan anderen / overal bovenuit steken
- Vrouwen hebben gewoon meer interesse in familieachtige dingen, zei Thierry Baudet, fractievoorzitter van Forum voor Democratie, tegen het blad Quote. Daarom zouden ze minder excelleren. Ik vraag mij af waar Baudet zijn standpunt vandaan haalt. Werp een blik op een willekeurige school en je zal zien dat er het hardst wordt gewerkt door de meisjes.[4]
- Ook zo genoten van de Limburgspecial in het Volkskrant Magazine van afgelopen weekend? Met name Cécile Narinx ('ik wil wel weer terug naar Maastricht'), Willem Vissers ('kijk al die bekende Limburgers toch eens excelleren') en Marcel Maassen ('mijn zuurvlees smaakt het best') waren lekker op dreef, in fijne stukken die nu eens niet doordrenkt waren van de zelfhaat waarmee wij Limburgers onszelf meestal manifesteren. [5]
Vertalingen
1. heel erg goed in iets zijn / heel veel beter zijn dan anderen / overal bovenuit steken
Gangbaarheid
- Het woord excelleren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'excelleren' herkend door:
97 % | van de Nederlanders; |
86 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- "excelleren" in: Sijs, N. van der Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen. 2e druk (2002) Veen, Amsterdam / Antwerpen; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- excelleren op website: Etymologiebank.nl
- Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- NRC Isabel Retterath (18) 21 april 2017
- Volkskrant Marcus Huibers 11 mei 2017
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.